De Vlakte van de Raan is een driehoekig gebied in de monding van de Westerschelde. Tussen Zeeuws-Vlaanderen en België en de Vlakte van de Raan loopt een diepe geul, de Wielingen. Deze geul zorgt voor een zuidelijke ontsluiting van de Westerschelde. Daarnaast ligt daar ook nog de Scheur. Tussen de Vlakte van de Raan en Walcheren lopen drie geulen: een smalle, diepe geul genaamd het Oostgat, de Sardijngeul en de Galgeput. Zij zorgen ervoor dat de scheepvaart een noordelijke uitgang heeft uit de Westerschelde. De Noordzeerand van de vlakte wordt gevormd door de geulen Westpit en Steendiep.De Vlakte van de Raan is een aaneengesloten bankengebied met een maximale waterdiepte van 8 meter. Het ondiepste punt bevindt zich bij de Rassen en staat op +0,1 meter. De bodem van de Vlakte van de Raan bestaat voornamelijk uit zand.Aan de noordkant van Walcheren vinden we voornamelijk zand en zand met grind.Door het relatief ondiepe wateren rijkt in de invloed van de golfslag tot op de bodem, wat het een woelig leefgebeid voor bodemdieren maakt. Van de Vlakte van de Raan zijn 56 soorten weekdieren bekend. Soorten weekdieren die er voorkomen zijn bijvoorbeeld Amerikaanse zwaardschede, Halfgeknotte strandschelp, Zaagje, Kokkel, Tere platschelp en Gevlochten fuikhoren.De Vlakte van de Raan is een beschermd Natura 2000-gebied op grond van de Habitatrichtlijn. De rode lijnen op de kaart geven de grenzen van het Natura 2000-gebied aan. De aangrenzende gebieden, de Voordelta en de Westerschelde, zijn ook beschermde Natura 2000-gebieden.
Lees meer