Search

EasyDNNNews

Houtboormossel

Mariene tweekleppige. Tot 13 mm. Grijs- tot kalkwit, opperhuid geelbruin. Schelpen lijken op die van paalwormen, echter zonder paletten.Tussen de top zitten 2 accessorische schelpstukken. Het middelste deel heeft horizontale, verticale en schuine ribben, het voorste deel bijna uitsluitend horizontale ribben, het achterstuk is vrijwel glad. Dier met lange sifobuis, met alleen een instroomsifo, die ca 1 cm buiten het hout uitsteekt. Noordzee, verder van de kust in afgezonken waterdoordrenkt hout. Zelden op het strand in wrakhout. Lees meer

Holteschelpje

Mariene tweekleppige. Tot 9 mm. Glanzend wit, opperhuid geelbruin. Dunschalig bol, ovaalrond. Oppervlak met concentrische groeilijnen. Geen mantelbocht. Dier zonder echte sifonen, de in- en uitstroomopeningen liggen niet bij elkaar, de instroomopening ligt aan de voorzijde, de uitstroomopening meer aan de achterzijde. Slanke voet die grotendeels als een cilinder kan worden opgerold. Lichaamskleur wit tot geelwit. In het verleden enkele keren autochtoon aangetroffen in het sublitoraal van dijken en havenpieren. Nu en dan aanspoelend aan drijvende voorwerpen op het strand. Lees meer

Grote parelmoerneut

Mariene tweekleppige. Tot 19 mm. Grijswit, met een matte olijfgroene opperhuid (periostracum) met soms oranje vegen en vlekken. Groter dan de voorgaande soorten, met aan de buitenzijde vage tot duidelijke radiaire ribben. Deze kruisen de concentrische groeilijnen waardoor het oppervlak een fijne ruitsculptuur krijgt. Slot taxodont. Onderrand met karteltjes (gecreneleerd). Dier zonder sifonen, de voet is cilindrisch, aan het uiteinde afgeplat. Noordzee, ver van de kust. Fossiel bekend van het strand (Waddeneilanden). Lees meer

Grove papierschelp

Mariene tweekleppige. Tot 25 mm. Wit, opperhuid licht bruingeel. Dunschalige, ovaalronde tot licht hoekige schelp. Ovaalrond, de achterzijde is afgeknot en afgerond, evenals de boven- en onderrand. Linkerklep iets boller dan de rechterklep. Oppervlaktesculptuur met name op het achterste gedeelte wat grover en de groeilijnen verlopen daar meestal wat grilliger. Geen slottanden, ligamentdrager begrensd door een hoekige inkeping. Noordzee, verder van de kust. Uiterst zelden op het strand. Lees meer

Grote mantel

Mariene tweekleppige. Tot 16 cm. Platte (linker-)klep vaak roodbruin, met donkere vlekken, Bolle (rechter-)klep veel lichter. Grote stevige schelpen, de oortjes naast de top zijn bijna gelijk. 14-17 brede ribben, ertussen diverse zeer fijne ribben. Mantelranden van het dier met diverse manteltentakels en aan de basis hiervan ca. 30-40 ‘oogjes’ (ocelli). Lichaamskleur crèmewit tot lichtroze. Mantelranden gemarmerd met geelbruine en witte delen, tentakels wit, roze, of donker gestreept. Oogjes groen of blauwzwart. Noordzee verder van de kust. Spoelt zelden aan (soms vastgehechte juvenielen). Lees meer
RSS
Eerste155156157158160162163164Laatste

Diensten

Weekdieren (EU-Habitatrichtlijn)

  • Inventarisaties
  • Beheeradviezen 
  • Monitoring
  • Exoten

Mariene soorten en ecologie

  • Educatie
  • Artikelen
  • Exoten

 

 

Steun ANEMOON

  • Met een donatie
  • Met waarnemingen
  • Met foto's 
  • Met locatie-omschrijvingen
  • Met maken van artikelen
  • Met organiseren activiteiten

Contact

Stichting ANEMOON
Postbus 29
2120 AA Bennebroek

anemoon@cistron.nl

06-11442009

 

 

Back To Top