Achtarmige inktvis. Mariene soort. Mantellengte tot 15 cm, hele dier tot 45 cm. Bruinrood tegen een donkere
achtergrond, maar de
kleur kan flitsend overgaan in vuilwit met bruinrode vlekken.
De mantel is buidelvormig en op de rug met de kop vergroeid. Aan de kop 4 paar armen, die gelijk in lengte zijn, elke vangarm met één rij zuignappen. Geen inwendig rugschild. Op de huid staan
kleine wratjes, waardoor die wat ruw
aanvoelt. Boven de ogen een stekeltje van ten hoogste 0,5 cm (moeilijk
te vinden).
Schaarse dwaalgast, paait vermoedelijk niet in de Noordzee.