Huisjesslak
uit brak tot bijna zoet water. Tot
6,5 mm. Glanzend wit, soms doorschijnend. Vaak met aangroeiing.
Opperhuid bruin. Operculum lichtbruin. Dunschalig, torenvormig, tot 7 matig
bolle windingen. Top spits, mondopening ovaal, bovenin spitser. Mondrand
onverdikt. Navel nauw. Groeilijnen en minieme spiraallijntjes. Leeft
plaatselijk in binnendijks brak water (Zeeland). Verder niet uit Nederland
bekend.