Mariene huisjesslak (ook in brakkere lagunes, niet meer in NL). Tot 8 mm. Crème,
lichtbruin, soms donkerder. Topwindingen en mond vaak paarsroze. Tussen
de ribben vaak bruine vlekken. Ongeribde vormen vaak met verticale
vlekken. Opperhuid geelbruin. Variabel horentje met tot 9 vlakke tot bolle windingen.
Mondopening eivormig, verdikt, binnenin vaak met een knobbel. Geen navel. Tot 10 dwarsribben, die naar onder
vervagen. Soms spiraalsculptuur of ongeribd. Leefde ooit algemeen op
zeegras in de Waddenzee en in de Zeeuwse wateren. Toen in de
jaren 30 het
zeegras door ziekte afstierf, verdween de soort geheel uit Nederland.
Lees meer