Zwart tot donkerrood eikapsel. Ca. 72-82 mm lang en 42-52 mm breed. Doos zonder horens rechthoekig. Proximale veld breder dan distale veld. Rondom aan alle zijden minder dan 1mm, soms met hechtingsvezels. Horens zijn stevig, bijna evenlang. Distale horens sterk gekromd. Oppervlak glad, fijn gestreept. Ene zijde boller dan andere zijde.
Tekst verspr.atlas:
De Golfrog is ovipaar en zet dus eikapsels af, met in elk kapsel steeds één embryo. De 'doos' van de eikapsels is langwerpig-rechthoekig, aan één kant iets boller dan aan de andere. Aan de bovenkant (proximale zijde; die waaruit het jonge dier naar buiten is gekomen) zitten op de hoeken puntige uitsteeksels (hoorns), die aan de uiteinden vaak iets naar binnen gebogen zijn. Dit geldt ook voor de maar weinig kleinere hoorns aan de onderkant (distale zijde), die vaak nog sterker naar binnen gebogen zijn. Aan de bovenkant zit een duidelijk verbrede, vliezige rand (zoom). Aan de onderkant ontbreekt deze vrijwel geheel. Ook aan de zijkanten zitten zomen, al zijn deze meestal grotendeels verdwenen. Wel kunnen er plukjes hechtingsvezels aan de zijkanten zitten. Exclusief de hoorns zijn de kapsels circa 8,0 cm lang en circa 5,0 cm breed (maximaal 8,2 x 5,2 cm). Verse exemplaren zijn donkerrood tot bruinzwart, verdroogde exemplaren op het strand neigen naar zwart. Het oppervlak lijkt glad, maar is in de lengterichting fijn gestreept. Uitgedroogde eikapsels kunnen het best bekeken worden door ze op te weken.
Lees meer