Iers mos
Chondrus crispus
|
Iers mos
Chondrus crispus
Zeewier. Roodwier. Platte ‘’steel’’
met bladvormige, dichotome vertakkingen tot 10 cm hoog. Zeer variabel van vorm
(volledig plat tot gekroesd) en variabel van kleur (rood tot geelgroen, soms
iriserend blauw). Op hard substraat, van poeltjes tot 24 m diepte.
Item 1 of 0
| Iers mos | Chondrus crispus | | Zeewier. Roodwier. Platte ‘’steel’’
met bladvormige, dichotome vertakkingen tot 10 cm hoog. Zeer variabel van vorm
(volledig plat tot gekroesd) en variabel van kleur (rood tot geelgroen, soms
iriserend blauw). Op hard substraat, van poeltjes tot 24 m diepte. | Afmetingen: Tot 10 cm hoog. Breedte van de
vertakkingen (bladvormig) varieert enorm, van millimeters tot centimeters.
Kleur: Donkerrood, paarsbruin of gebleekt geelgroen
(vooral in ondiepe, stilstaande poelen). Jonge delen van de thallus kunnen
iriserend blauw zijn.
Vorm: Thallus heeft een discusvormige hechtschijf
met daaruit een platte ‘’steel’’ en op het eind bladvormig en dichotoom
vertakt, maar zeer variabel van vorm. Er zijn volledig platte vormen, maar ook
gekroesde vormen en soms komt proliferatie (uitgroeisels buiten het primaire
vertakkingsschema om) voor.
Textuur: Vliezig tot ribbelig. | | Iers mos is een algemene soort in
Zeeland (zowel in de Oosterschelde als het Grevelingenmeer) en op dijken in het
Waddengebied. | Dit wier groeit op hard substraat
in poeltjes, in de lage getijdenzone en sublitoraal tot ongeveer 24 m. Kan
voorkomen op zowel beschutte als onbeschutte plaatsen.
Reproductie: tweehuizig
(mannelijke en vrouwelijke voortplantingsorganen bevinden zich op verschillende
individuen) en kan zich uitsluitend geslachtelijk voortplanten. Vrouwelijke
voortplantingsorganen zijn, als ze rijp zijn, macroscopisch duidelijk te zien.
Mannelijke structuren zijn dit niet. Vrouwelijke structuren vormen kleine,
ovaalvormige bultjes ongeveer 2 mm in diameter, in de buurt van de toppen van
de vertakkingen. | Dit is
een meerjarige wiersoort en komt het gehele jaar voor. | 145625 | Nederland | Zoutwater | MOO|LIMP|SMP |
Veelvertakt pluimwier
Dasysiphonia japonica
|
Veelvertakt pluimwier
Dasysiphonia japonica
Zeewier. Roodwier. Tot 30 cm hoog. Helderrood van kleur. Thallus (plantvorm) is filamenteus, met hoofdassen die polysiphoon zijn (meerdere cellen in doorsnede) en zijtakken die monosiphoon zijn (enkele rij cellen in doorsnede). De hoofdassen zijn tot 1 mm in doorsnede en bestaan uit een centrale cel met daaromheen vier ‘pericentrale’ cellen.
Item 1 of 0
| Veelvertakt pluimwier | Dasysiphonia japonica | | Zeewier. Roodwier. Tot 30 cm hoog. Helderrood van kleur. Thallus (plantvorm) is filamenteus, met hoofdassen die polysiphoon zijn (meerdere cellen in doorsnede) en zijtakken die monosiphoon zijn (enkele rij cellen in doorsnede). De hoofdassen zijn tot 1 mm in doorsnede en bestaan uit een centrale cel met daaromheen vier ‘pericentrale’ cellen. | Afmetingen: Tot ongeveer 30 cm lang. Hoofdas
ongeveer 1 mm in diameter.
Kleur: Rozig tot dieprood.
Vorm: Een of meerdere hoofdassen per individu,
die meermalen op een onregelmatige manier vertakken. De hoofdas en hoofdvertakkingen
zijn polysifoon (bestaand uit meerdere rijen cellen), met 4 pericentrale cellen
(die een centrale cel omgeven). Dit kan alleen gezien worden bij jongere delen
van het wier, de oudere delen (richting de hechtschijf) zijn bedekt met cortexcellen. Aan de hoofdvertakkingen zitten kleine
vertakkingen, die monosifoon zijn (een cel per rij) en aan het eind gevorkt. Discusvormige
hechtschijf.
Textuur: zacht, slap (wier blijft niet overeind
staan zodra het uit het water wordt gehaald). | | Dasysiphonia japonica komt zeer
algemeen voor in de Grevelingen. In de winter en gedurende het voorjaar dient
deze soort als voedselbron voor de Groene wierslak. Verder komt deze soort ook
voor in de Oosterschelde. Er zijn nog geen waarnemingen bekend uit de
Waddenzee. D. japonica komt oorspronkelijk
uit de Grote oceaan (Japan en Korea) en is voor het eerst in Europa
aangetroffen in Nederland (1994), in een lege oesterput. Daarna heeft het zich
snel verspreid in Nederland en door de rest van Europa.
Op het strand: wordt in Zeeland
aangespoeld op het strand gevonden. | D. japonica groeit in een omgeving met veel hard substraat (stenen of oesters) en plekken die goed
beschut zijn tegen golven. Komt voor in het lage intergetijdengebied en
sublitoraal (gebied onder de laagwaterlijn).
Reproductie: er wordt gedacht dat D. japonica
zich in Europa nauwelijks
seksueel voortplant. Waarschijnlijk verspreidt dit wier zich door
kleine, monosifonale fragmenten af te scheiden. Deze fragmenten settelen zich
en vormen nieuwe individuen. | Dasysiphonia japonica is meerjarig. | 232226 | Nederland | Zoutwater | LIMP|SMP |